Ik zit hier op het vliegveld met nog twee uur voordat het instappen begint. Bij uitstek de tijd om het over een belangrijk onderwerp te hebben: het toilet. Een typisch Noord-Amerikaans toilet (er is geen verschil tussen de Verenigde Staten en Canada) bestaat uit een grote kom, meestal van het merk “American Standard”, waar flink wat water in staat, veel meer dan je in een Nederlands toilet zou verwachten. Het doorspoelen is een hele ervaring: er ontstaat een ware draaikolk, en uiteindelijk verdwijnt het water met een luid geslurp (zie deze strip).
De nadelen van dit type toilet zijn aanzienlijk: de draaikolk kan flink spetteren, en ik heb nooit zoveel verstopte toiletten gezien als hier.
De verdere inrichting van een (openbare) toiletruimte stemt niet vrolijker. De toiletpotten zijn gescheiden door houten schotten en deuren, die ongeveer 20 centimeter boven de grond beginnen en zo’n 1 meter 85 boven de grond eindigen (ik kan er wat naast zitten, maar het is zeker beneden ooghoogte voor mij). Bij ongeveer de helft van de deuren werkt het oorspronkelijke slot niet meer en is een schuif aangebracht om de deur te sluiten. Indicaties van “bezet” hoef je al helemaal niet te verwachten. Het toiletpapier is, afhankelijk van waar je komt, flinterdun, dus een aantal keer dubbelvouwen is noodzakelijk.
Het handen wassen gaat, gelukkig, gewoon zoals het hoort.