De heenreis bestond uit vijf delen. Het eerste deel, Eindhoven-Schiphol per trein, is niet erg interessant. Het tweede deel is Schiphol – Shanghai. Ik vloog met KLM, en via online inchecken had ik een plaats gekozen achterin het vliegtuig. Het vliegtuig was een 747, en bij KLM betekent dat een centraal entertainment-systeem. De films die werden vertoond waren Iron Man, Indiana Jones IV, en een of andere kinderfilm. Ik heb alleen de eerste gevolgd (hij was trouwens best aardig), want het geluid van mijn stoel deed het nauwelijks. De knop om het harder te zetten was defect, of zoiets. Ik had zo weinig beenruimte dat ik, zelfs wanneer ik helemaal rechtop zat, de stoel voor me raakte met mijn knieĆ«n.
Een kleine 11 uur later zijn we geland in Shanghai. Het was daar vroeg in de ochtend, en dus vrij uitgestorven. Het eerste dat me opviel was de geur, van Chinees eten. Er was geen eetgelegenheid in de buurt, voor zover ik kon zien, maar toch die geur. Het tweede dat me opviel was hoe glimmend schoon het was. Dat was ook niet gek, want er liepen verschillende schoonmakers rond die zelfs de aanwijsborden aan het oppoetsen waren. Bij de douane was ik blijkbaar een apart geval, want ik moest mee naar een andere balie, waar een speciale stempel uit een kastje gehaald werd. Met stempel mocht ik verder. Volgens mij was het probleem dat ik naar de andere terminal moest, en dus echt een stukje het land in. Maar ik had van tevoren al gelezen dat dat geen probleem was, zolang ik binnen 48 uur maar weer weg was. Ik moest overigens mijn bagage van de band halen, zelfs al hadden ze die vanuit Schiphol ingecheckt tot in Auckland!
Op naar de volgende terminal, dus. Bij de ingang stond me een verrassing te wachten: mijn bagage werd gecontroleerd. Nou ja, een beambte had een stok met daarop een klein doekje. Daarmee wreef ze over de koffer, en dat ging daarna een machine in. Een soort van digitale speurhond. Daarna was nog niet alles in orde: ik moest even wachten tot zich een groepje mensen had opgehoopt, en toen pas mochten we met z’n allen tegelijk naar binnen. Ik heb 50 euro gewisseld in Chinese Yen, en toen begon het grote wachten. Bij de Burger King een koffie met gebak gegeten (veel meer keus was er niet), en verder maar wat gelezen.
Toen ik eindelijk, zo’n 2 1/2 uur voor vertrek, kon inchecken, heb ik nog iets gegeten in de vertrekhal (die wel allerlei winkeltjes had, in tegenstelling tot het deel van het vliegveld voor de douane). Ook nog geprobeerd om een bekertje water te drinken uit een automaat met een bord “drinking water”, maar dat was extreem smerig van smaak, dus dat heb ik na 1 slok weggegooid. Voor een van de winkeltjes stond dit:
Koeling voor een tax-free winkeltje in Shanghai Airport
Je verwacht natuurlijk ijsjes in zo’n ding, maar deze was met iets anders gevuld:
Krab met een touwtje
Genoeg over China, laten we doorgaan met het derde deel van de reis: Shanghai-Auckland. Weer een vlucht van zo’n 11 uur, even saai als de eerste. Maar wat een verschil in luxe! Zeker 5cm meer beenruimte, en een eigen LCD scherm, om zelf een film te kiezen. Daar heb ik niet heel veel gebruik van gemaakt, omdat ik me toch nogal brak begon te voelen van zo’n lange reis, maar ik heb wel nog
The Forbidden Kingdom gekeken, een Kung Fu-film met Jackie Chan, Jet Li en een of andere Amerikaanse jongen omdat het verhaal daar nu eenmaal om vroeg. Best leuk. Ik zat naast twee Nederlandse meisjes, dus de optie om via Shanghai te vliegen is niet zo vreemd als sommige mensen schijnen te denken. Vooral de aansluiting is goed: je hoeft geen halve dag op het vliegveld door te brengen. Gedurende de rest van de reis net gedaan of ik sliep, en soms trapte mijn lichaam er nog in ook…
En toen was daar Nieuw-Zeeland! Voor we het wisten stonden we alweer aan de grond. Daar liepen we via tax-free winkels (vrij ongebruikelijk: die waren specifiek voor aankomende passagiers daar neergezet) en een welkomstboog van Maori houtsnijwerk naar de douane. Die vonden de stempel in mijn paspoort erg bijzonder en vroegen zich af wat ik in China had uitgespookt. Ik vertelde dat ik van terminal naar terminal gelopen was, en dat scheen alles te verklaren. Ik kreeg nog een stempel en mocht het land in. Mijn koffer mocht even later nog door een “Biosecurity” scanner, en toen was ik echt in Nieuw-Zeeland. Het was weer vroeg in de ochtend, en de zon was nog niet op. Aangezien ik niet veel beters te doen had, heb ik mijn koffer (22 kilo, maar ik heb niet hoeven bijbetalen) en tas (11 kilo, vooral dankzij een hoop boeken, maar laptop en camera wegen ook niet niks) de trap opgezeuld naar een uitkijk-terras (nouja, het was een afgesloten ruimte met ramen aan drie kanten). Het wolkendek zag er heel bijzonder uit: een langgerekte band van vrij laaghangende wolken. Het duurde even voor ik me realiseerde dat dat was omdat er bergen achter lagen. De zon begon op te komen, en dat gaf leuke lichteffecten (die helaas niet helemaal mooi overkomen op de foto).
Air New Zealand
Wolken boven Auckland
Maar dat was nog niet het eindpunt: er stond nog een vlucht op het programma: Auckland-Wellington. Binnenlandse vluchten zijn altijd wat minder streng met paspoortcontroles, maar hier was het wel heel erg: alleen bij het inchecken van mijn koffer is er naar mijn paspoort gekeken! En in Wellington stond de man die me kwam afhalen haast bij de uitgang van het toestel, nog voor de lopende band met koffers! Het opstijgen vanuit Auckland was prachtig: de baan ligt pal naast het water, en het vliegtuig maakte direct een bocht waardoor je de baai, de heuvels eromheen (met schapen) en de stad goed te zien kreeg. Daarna vlogen we helaas vrijwel de hele reis boven een dicht wolkendek.
Het laatste deel van de reis was de tocht van Wellington Airport naar mijn appartement. Ik werd opgehaald met de auto (ik wilde direct aan de verkeerde kant instappen, natuurlijk), en netjes voor de deur afgezet. Ik besloot om, voor naar de universiteit te gaan, een uurtje te slapen. Dat was geen goed idee: toen ik opstond voelde ik me bijzonder belabberd. Daarna toch maar naar de universiteit, om in het ritme hier te komen. Dat is vrij aardig gelukt: al na een paar dagen begon ik op het juiste moment honger te krijgen. En ook de vermoeidheid, die op de eerste dagen om een uur of 4 inzette, bleef weg. Maar nog steeds bekruipt de slaap me ‘s avonds vrij vroeg. En dat is dan meteen ook de reden dat dit weblog een weekje achterloopt. Ik zal proberen om dat snel in te halen!